Beetje later dan gewoonlijk maar nu komt het er dus van.
Eerst maar eens in mijn breigids gekeken.
Dit boek heb ik al 30 jaar in mijn bezit, en staat vol met allerhande steekmotieven. Dat komt nu dus mooi van pas.
En kijk! op pagina 58, links bovenaan, vinden we hetzelfde motief terug. Het wordt hier Wissel-ajour genoemd. Dat zegt op zich weinig over de vorm, maar we kunnen aan de naam wel duidelijk afzien dat de motieven om en om worden verwerkt. Je kunt ook zeggen: het rapport verspringt.
Rapport is ook weer zo'n fijn woord uit de breiwereld. Overigens komt het ook voor bij weven, drukwerk, behangen of overal waar een bepaald patroon steeds herhaald wordt.
Bij breien wordt onder rapport verstaan: het aantal steken (in de breedte) of naalden (in de hoogte) dat steeds herhaald wordt.
Dit rapport wordt in de stekengids netjes beschreven. Hoe we het in het werk gaan centreren mogen we zelf bedenken kennelijk.
Eerst maar eens kijken. Het rapport van dit motief is 6 steken en 12 naalden. Je zou zeggen 5 x 6 = 30, komt mooi uit. Maar zoals we al vaker hebben gezien zouden we dan met een gaatje eindigen. Aan weerskanten 2 steken voor de stevigheid is een goed idee. We gaan daarom werken met (4 x 6) + 4 steken. 28 dus. Voor het vorige motief hadden we al een steekje weggesmokkeld, dat gaan we nu weer doen, zodat we er 28 overhouden.
In dit motief is sprake van een dubbele mindering. Die hebben we eerder gezien bij het Eikeltjes motief
Ter herinnering: 1 steek afhalen, de volgende twee steken samenbreien, daarna de afgehaalde steek overhalen (zoals bij afkanten).
De werkbeschrijving luidt dan als volgt:
Nld 1: Kantsteek, 1 averecht, *3 recht, omslag, dubbele mindering, omslag,* brei het gedeelte van * tot *(het rapport) nog 3 maal. Als het goed is staan er nu nog 3 steken op je naald; daarvan moet er nog eentje weggesmokkeld worden. Dat doen we door de volgende 2 steken averecht samen te breien. Brei de laatste steek weer recht.
Nld 2 (en alle teruggaande naalden): Kantsteek, 1 recht, alle steken averecht tot 2 steken voor het eind van de naald, 1 recht, 1 averecht
Nld 3 en Nld 5: Kantsteek, 1 averecht, *3 recht, omslag, dubbele mindering, omslag,* herhalen van * tot *, 1 averecht, 1 recht
Nld 7, 9, 11: Kantsteek, 1 averecht, *omslag, dubbele mindering, omslag, 3 recht*, herhaal van * tot * nog 3 maal. 1 averecht, 1 recht.
(kijk nog even hier voor de omslag voor en na een averechte steek)
Na deze twaalf naalden is het rapport klaar, je hebt nu 2 keer een rijtje zuiltjes met aan weerskanten gaatjes (3 gaatjes hoog) gemaakt, en deze rijtjes verspringen ten opzichte van elkaar.
Wie goed oplet ziet een klein verschil met de beschrijving in het boek. Wij hebben een rapport van 12 naalden, in het boek werken ze met een rapport van 16 naalden. Hun zuiltjes zijn 4 gaatjes hoog.
Zo zie je maar dat je altijd ook weer een beetje kunt spelen met de beschreven ideeën.
En voor wie nog een gooi wil doen naar het raadsel:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten